Wat is Architectuur?
Reflecties over de Architectuur Biënnale 2014 in Venetië
Inleiding
Op 23 november j.l. sloot in Venetië de veertiende Architectuur Biënnale. In totaal zijn er ruim een kwart miljoen bezoekers geregistreerd, een ongewoon groot aantal dat vooral te danken is aan de ongebruikelijk lange(re) duur van het spektakel dit jaar. Deze Biënnale zal ongetwijfeld de boeken ingaan als een opmerkelijke gebeurtenis, niet in het minst door de sterk (architectuur) historische inslag. Het is daarom des te opvallender dat te midden van de orkaan van reacties - tussen 5 juni en 23 november zijn er alleen al in het Engelse taalgebied meer dan 60.000 meldingen in de vorm van interviews, artikelen, recensies, sociale media berichten - het aandeel van historici - tot nu toe- beschamend bescheiden is. Hoe komt dat?
Niet alleen ontwerpers zijn door de 2014 Biënnale in verwarring gebracht, ook historici. Op de eerste plaats door de overweldigende omvang en complexiteit van het aanbod. Bezoekers werden verrast door drie totaal verschillende shows die, hoewel thematisch met elkaar verbonden, in programmatisch opzicht toch geheel verschillend waren. Wie op zoek was naar nieuwe of grote namen in het het internationale architectuur circuit, of naar spraakmakende gebouwen en hun opdrachtgevers en ontwerpers, kwam bedrogen uit. Het centrale thema van deze Biënnale was niet zozeer de contemporaine productie van architectuur, de problematiek van het ontwerpen of realiseren van gebouwen, maar veel meer methoden van onderzoek naar de toestand van de huidige architectuur als discipline. Onder de regie van Rem Koolhaas werd er deze zomer geëxperimenteerd met diverse richtingen in het architectuuronderzoek: een archivalische speurtocht naar de bouwhistorische componenten van de architectuur (Elements of Architecture, in het centrale paviljoen op de Giardini), een verkenning naar het nationale/locale absorptievermogen van het globalisering/moderniseringsproces (Absorbing Modernity, 1914-2014, landen paviljoens) en, tenslotte, een cultuurhistorische quick-scan van de actuele toestand van gastland Italië, aan de hand van 41 locaties, gebeurtenissen, feiten en situaties, onderzocht en in beeld gebracht door teams van jonge, veel belovende onderzoekers (Monditalia, in het Arsenal). Een encyclopedische vertelling, ingericht in de onmetelijke en ongearticuleerde ruimte van het Arsenal, dat daarmee als gebouw werd ge-updated tot embleem van de elementaire rol van architectuur in een globaliserende wereld: die van betekenisloze ‘ backdrop’ voor het dagelijks gebeuren. Maar Monditalia laat tegelijk zien hoe vandaag de dag architectuur de maatschappelijke werkelijkheid niet alleen faciliteert, maar net als bijvoorbeeld de cinema, ook ensceneert en uitvergroot. Het Arsenaal is daarmee terecht een van de weinige gebouwen die door Koolhaas tot de Architectuur Biënnale 2014 zijn toegelaten.
Vanuit historisch oogpunt zijn alle drie de evenementen even uitdagend en intrigerend. In methodisch-theoretische zin echter ook in hoge mate discutabel, al was het maar omdat de achtergronden van de gemaakte keuzes nauwelijks werden geëxpliciteerd. Die moeten over het algemeen worden gedistilleerd worden uit de talloze interviews met Koolhaas en diens naaste medewerkers, interviews met niet zelden elkaar tegensprekende informaties. De officiële catalogus: Fundamentals Catalogue staat letterlijk bol van informatie en statements, maar geeft weinig inzage in het theoretisch skelet achter de hele manifestatie. De Biënnale is daarmee op de eerste plaats een publieksgericht schouwspel geworden - beschouwing vond over het algemeen plaats in de talloze flankerende seminars, workshops, ronde tafelgesprekken en vooral ook op diverse website pagina’s.
Op deze plaats wil ik me uitsluitend bezighouden met elements of architecture, de tentoonstelling in het centrale paviljoen en met name op het daaraan ten grondslag liggende architectuuronderzoek, uitgevoerd door een projectgroep van de graduate school of design van Harvard University. Onderzoek en tentoonstelling zijn bovendien goed gedocumenteerd. Ik heb de expositie ervaren en het onderzoek gelezen als een in eerste instantie archeologische onderneming gericht op de analyse van de architectuur in haar samenstellende elementen. Een geheel op het verleden gericht project maar wel gestart en ingegeven door de huidige toestand van de bouw in een globaliserende samenleving. Tegelijk stelt Koolhaas de hele onderneming ook voor als een heel persoonlijke zoektocht naar de verloren tijd - geen nostalgische maar veeleer een literaire her-beleving en ervaring van de onlosmakelijke eenheid van de geleefde, dagelijks werkelijkheid met het fysieke decor waarin het zich afspeelde.
Bij wijze van intro en inhoudsopgave van de blogs in de komende weken, hieronder een eerste, visuele verkenning:
Tenslotte: hieronder een klein lijstje met relevante, meestal architectuurjournalistieke commentaren op de Architectuur Biënnale:
Archdaily (biënnale special)
Dezeen (critics give verdicts on the biennale)
Abitare (Instant Venice Biënnale 2014)
Archinect (critical reactions)